© Wim Kloppenburg. Laatste update 17 september 2024.
Made with Xara Web Designer+
Aan de beroemde film van James Cameron (1997)
over de ondergang van de Titanic is een voor die tijd
ongekend hoog bedrag (200 miljoen dollar) aan
productiekosten besteed. Maar die zijn kennelijk niet
gebruikt voor hymnologisch onderzoek!
The Seamen’s Hymn
In
de
film
wordt
tijdens
een
kerkdienst
aan
boord
de
hymn
‘Eternal
Father,
strong
to
save’
gezongen,
een
tekst
van
William
Whiting
(1825-1878)
met
een
melodie
(‘Melita’)
van
John
Bachus
Dykes
(1823-1876).
Whiting
was
als
onderwijzer
verbonden
aan
de
Winchester
College
Choristers
School.
Hij
publiceerde
een
bundel
met
eigen
liedteksten,
maar
werd
vooral
beroemd
door
dat
ene
lied,
de
Seamen’s
Hymn
,
dat
hij
schreef
voor
een
leerling
die
op
het
punt
stond
de
toen
lang
niet
gemakke
-
lijke
zeereis
naar
Amerika
te
ondernemen.
De
eerste
drie
strofen
van
het
lied
eindigen
met
het
refrein
O hear us when we cry to thee
/
For those in peril on the sea
.
Een vertaling door Johannes Riemens (strofe 1 en 2) en Willem Barnard (str. 3 en 4) is te vinden in
het Liedboek voor de Kerken (gez. 467), met als refrein O wil verhoren onze beê / voor hen die zijn
in nood op zee!
Een nieuwe versie
In 1937 vond de Amerikaanse bisschop Robert Nelson Spencer dat het hoog tijd werd om het lied te
‘moderniseren’. ‘Immers’, zo meende hij, ‘niet alleen ter zee zijn reizigers in gevaar, maar ook te land
en tegenwoordig zelfs in de lucht!’ Hij nam de eerste en de laatste strofe vrijwel ongewijzigd over,
maar verving de coupletten 2 en 3:
2. O Christ, the Lord of hill and plain
o’er which our traffic runs amain
by mountains pass or valley low;
wherever, Lord, thy loved ones go,
protect them by thy guarding hand
from every peril on the land.
3. O Spirit, whom the Father sent
to spread abroad the firmament,
o Wind of heaven, by thy might
save all who dare the eagle’s flight,
and keep them by thy watchful care
from every peril in the air.
Het is precies deze versie uit 1937 die gezongen wordt in de film over de Titanic, het schip dat in
1912 verging... Nog afgezien van de historische onmogelijkheid, een gebed voor vliegtuigpassagiers
zou in 1912, vijftien jaar voordat Charles Lindbergh de Atlantische Oceaan overstak, wel erg
futuristisch hebben geklonken!
Opmerkingen
Ook na 1937 is het lied nog vaak aangepast of uitgebreid, o.a. met een couplet voor astronauten: O hear us when
we seek thy grace / For those who soar through outer space.
Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Eternal_Father,_Strong_to_Save_(Whiting)
Sommige lezers zullen bij de titel van deze pagina ‘De Titanic en het kerklied’ misschien gedacht hebben aan het
beroemde lied ‘Nearer my God to Thee’, dat de scheepskapel gespeeld zou hebben tijdens de ondergang van het
schip. Er is voor dat verhaal, dat trouwens ook wordt verteld over de ondergang van SS Valencia (1906), echter
geen overtuigend bewijs gevonden.
2. O Christ, whose voice the waters heard
And hushed their raging at thy word,
Who walkedst on the foaming deep,
And calm amid the storm didst sleep:
O hear us when we cry to thee
For those in peril on the sea.
3. O Holy Spirit, who didst brood
Upon the waters dark and rude,
And bid their angry tumult cease,
And give, for wild confusion, peace:
O hear us when we cry to thee
For those in peril on the sea.
4. O Trinity of love and power,
Our brethren shield in danger's hour;
From rock and tempest, fire and foe,
Protect them wheresoe'er they go:
Thus evermore shall rise to thee
Glad hymns of praise from land and sea.
De titel van dit lied in Hymns Ancient &
Modern is: ‘For those at Sea’; in The English
Hymnal: ‘In Time of rough Weather’.
De melodie werd door John Bachus Dykes
speciaal voor déze tekst geschreven. De naam
Melita (oude naam voor Malta) verwijst naar
het bijbelverhaal in Handelingen 27 en 28,
over de zeereis en schipbreuk van de apostel
Paulus.
Statenvertaling 1637, Hand.28,1: Ende als sy
ontcomen waren / doe verstonden sy dat het
eylandt Melite hiet. Noot in de marge: Een
eylandt tusschen Africa ende Sicilien / nu
Malta genaemt.
N.a.v. een kort artikel in het Bulletin van de Engelse Hymn Society wijdde ik in
O&E 1999 nr. 6 een column aan dit onderwerp. Deze webpagina is daar een
uitgebreidere versie van.